Het Sticht
23 6. Verslag Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad De GMR heeft in 2018 zoals gebruikelijk vijf keer vergaderd. De vergaderingen bestaan uit twee delen. Een deel in aanwezigheid van het CvB en een deel (afsluiting) zonder aanwezigheid van het CvB. Tijdens het gezamenlijke deel, worden alle onderwerpen in detail doorgesproken, waarna in het tweede deel aandacht wordt besteed aan het formuleren en formaliseren van de adviezen en instemmingen. In voorkomende gevallen wordt er op thema-niveau separaat overlegd, waarbij een afvaardiging (met name belanghebbenden) vanuit de GMR de GMR vertegenwoordigt. Daarnaast kent de GMR één gespecialiseerde werkgroep financiën. Deze werkgroep heeft geen formele status maar bespreekt financiële agendapunten steeds voor met de portefeuillehouder financiën van het CvB en adviseert de GMR. In 2018 heeft Het Sticht - evenals vorig jaar – afgesloten met een positief resultaat. Met name de (Rijks)bekostigingen voor de CAO aanpassingen, de groeibekostiging en de extra werkdruk verlagende middelen vielen positiever uit dan waar van te voren rekening mee was gehouden. Dit verschil was groter dan de bijbehorende extra uitgaven, en was daarnaast ook nog voldoende om de hogere overige personele kosten (o.a. voor de inhuur van extra onderwijzend personeel, benodigde externe directeuren en zorgpersoneel), de huisvesting/ onderhoudskosten en andere kosten (zoals leermiddelen) op te vangen. Extra uitgaven vanuit de huidige investeringsagenda, de ICT plannen, de opleiding van personeel of andere investeringen in de onderwijskwaliteit hebben in 2018 deze meevaller in de inkomsten niet bij kunnen houden. Door het positieve resultaat ontstaat daardoor hetzelfde (luxe) probleem als vorig jaar. Het eigen vermogen groeit, terwijl juist afgesproken was om hierop in te teren door extra middelen ten goede te laten komen van het onderwijs. In de begroting voor de komende jaren wordt wel (beperkt) rekening gehouden met het bewust interen op het eigen vermogen door voor de komende drie jaar uit te gaan van een negatieve begroting. Onderdeel hiervan is een significant budget voor ontwikkeling en investeringen in de ICT. Daarnaast moet rekening gehouden worden met risico’s van de druk op het leerlingenaantal (met de gevolgen voor de formatie), de wijzigingen in de bekostiging en CAO (en de onduidelijkheden hierover) en diverse huisvestingszaken. Naar de mening van de GMR laat het (te) ruime eigen vermogen dit ruimschoots toe en vraagt daarom blijvend aandacht voor de volledige benutting van het ontwikkelingsbudget, maar ook voor nieuwe initiatieven ten gunste van de onderwijskwaliteit zolang de afgesproken extra ruimte in het eigen vermogen dit toelaat. Zij verwacht daarbij concrete voorstellen van zowel de scholen als het CvB, ook als dit betekent dat er over de “labeling” van de budgetten heen moet worden gekeken. Zo is het aanhouden van een hogere formatie dan het aantal leerlingen rekenkundig toelaat (om frictie te voorkomen bij taakstellende formatiekortingen) ook een voorbeeld van interen op het eigen vermogen ten gunste van de onderwijskwaliteit. In de begroting is dit nog als risico genoemd. Op het gebied van personeel is veel aandacht besteed aan het (landelijke) probleem van lerarentekorten op de scholen. Hoe gaan we hier binnen Het Sticht mee om, zodat we vergeleken met de “concurrerende” scholen een aantrekkelijke werkgever zijn en blijven. De inzet van de medewerker P&O, Barbara Cantor op dit gebied heeft gezorgd voor een thans ogenschijnlijke stabiele situatie, maar het is de aankomende jaren een structureel onderwerp.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=